navigatie overslaan

Binnenkijken bij

Dertig jaar Bloemenbeek: een vaste waarde in het toch al rijke Twentse aanbod

  • Leestijd 6 min
  • Gelezen 5453 keer

Landhuishotel & Restaurant De Bloemenbeek in De Lutte heeft op geheel eigen wijze bijgedragen aan het imago van Twente als gastvrije regio met een hoog culinair niveau. Door hotellerie en restaurant te combineren en zich daarmee nadrukkelijk het verschil te maken, is De Bloemenbeek een vaste waarde in het toch al rijke Twentse aanbod.

Strikker en van Riswijk
Strikker en van Riswijk

Die verworven identiteit kan onder andere worden toegeschreven aan twee bijzondere mannen, die dit jaar hun dertigjarig jubileum én samenwerking vieren: patron Raymond Strikker en SVH Meesterkok en executive chef Michel van Riswijk.

Ambitieus waren ze en ze hadden grote plannen en ideeën, met de drive om De Bloemenbeek op de landkaart te plaatsen. Dertig jaar geleden ontmoetten Raymond Strikker en Michel van Riswijk elkaar voor het eerst. Raymond had de hotellerie leren kennen tijdens en na zijn studie aan de Hogere Hotelschool in Maastricht, de Randstad en in Hamburg. Hij had destijds al de ambitie om De Bloemenbeek van zijn ouders over te nemen: “Het sollicitatiegesprek met Michel was mijn eerste officiële daad.”

Vooruitstrevende ouders

De Bloemenbeek, vernoemd naar het grillige beekje dat het eigen ruim vijf hectare grote landgoed aan de zuidzijde begrenst, was op dat moment al flink in ontwikkeling. Zijn ouders zagen de potentie en waren vooruitstrevend. Onder het motto van senior ‘Niemand komt per ongeluk naar De Bloemenbeek en De Lutte’ was het hotel een pleisterplaats voor veel vaste gasten. In de jaren tachtig werd het aantal kamers verdubbeld naar veertig en er kwamen vergaderfaciliteiten en conferentieruimtes. Het doortrekken van de A1 met een ‘eigen’ afrit naar De Bloemenbeek zou het hotel nog beter bereikbaar maken.

Michelin ster food
Michelin ster food

Niveau keuken steeds hoger

De keuken is vanaf het prille begin een belangrijke pijler geweest. Waar in de beginjaren Raymonds moeder, Leny Strikker, nog de keuken bestierde, werd in 1984 een gerenommeerde sterrenchef van het fameuze Carelshaven aangetrokken. “Mijn ouders zagen dat als een grote een investering. Zij wilden meer naar de Franse en klassieke keuken.” Daarna maakte Michel van Riswijk zijn entree in de keuken. Jong, maar met een grote ervaring, onder andere in België: “Daar vonden ze Hollanders destijds maar culinaire barbaren.” Van Riswijk bleek ambitieus: hij behaalde zijn SVH Meestertitel in 1993 en tilde daarmee het niveau van de keuken nog verder omhoog. “En we gingen al werken met regionale producten, toen veel boeren daar nog niet eens rijp voor waren”, vertelt de chef. Er kwamen signatuurgerechten zoals het Dinkeldalrund, ‘verpakt’ in noabers hooi; dat staat nog altijd op de kaart. “De basis was en is altijd de mooiste en beste ingrediënten gebruiken.”

En we gingen al werken met regionale producten, toen veel boeren daar nog niet eens rijp voor waren.

Warme sfeer altijd koesteren

“Van een revolutie, niet alleen in de keuken, maar ook in ons landhuishotel, is nooit sprake geweest. Het is altijd een evolutie geweest, zegt Strikker: “Je kunt de menukaart wel in één keer volledig ombouwen, maar dat is niet handig. Je vaste gasten moet je natuurlijk in de watten leggen en dan is een revolutie niet gewenst. Het gaat erom dat je altijd de warme sfeer dus ook weet te koesteren. Dat is ons gelukt, het is altijd zeer persoonlijk gebleven.” En, voegt Van Riswijk toe: “De Bloemenbeek kun je typeren als een middelgroot bedrijf, maar we stralen juist als een klein en overzichtelijk bedrijf de daarbij horende typische warme gastvrijheid uit.”

Onderscheidend zijn

De ondernemende hôtelier-restaurateur en zijn chef de cuisine hebben vele gesprekken gehad. Toegegeven, er waren in de afgelopen dertig jaren ook wel eens verschillen van inzicht. Strikker: “Maar wrijving geeft ook glans en je helpt elkaar ontwikkelen. We hadden altijd weer uitdagingen met als uitgangspunt tevreden, terugkerende gasten en ambassadeurs. Vanaf het begin werkten we al nauw samen met gerenommeerdeen vergelijkbare bedrijven als De Holtweijde, De Wiemsel en later De Wilmersberg. Gezamenlijk, met andere mooie bedrijven, dragen we bij aan de zeer goede reputatie van Twente als hotelregio.” Strikker zoekt wel constant naar onderscheid en soms is dan niets te gek. De accommodatie en de faciliteiten lenen zich er ook voor. Toen een organisatie aangaf meerdere dagen te willen vergaderen en de vraag kwam of er een jeu de boules-baan in de buurt was, twijfelde Strikker geen moment: hij legde zelf een baan aan, onder de platanen op de prachtige binnenplaats, ook wel Cour genoemd. De liefde voor Zuid-Afrika, zowel qua wijn als culinair, werd bekroond met een buitenformaat braai, die regelmatig een hoofdrol speelt bij feestelijke bijeenkomsten rondom De Bloemenbeek. Het feit dat zelfs internationale sportteams zich er iedere zomer voorbereiden, bracht hem ertoe te zorgen voor een perfecte outillage. Er is zelfs een riante landingsfaciliteit voor meerdere helikopters.

Twentse hoogwaardigheid

Wat blijft is altijd de unieke locatie, het ongedwongene, het magnifieke uitzicht over het Twentse coulisselandschap en Bloemenbeek’s World of Wellness & Beauty. Maar het belangrijkste is dat bij alles de Twentse hoogwaardigheid telkens voorop staat. Geen al te hippe gastronomische fratsen, nooit te zweverig. “Alles wat we bedenken en doen moet een component van waarde zijn.” Van Riswijk beaamt dat: “Het moet binnen de filosofie blijven van De Bloemenbeek.” Eraan toevoegend dat daarbinnen veel ruimte is voor creativiteit. Het Running Dinner ‘Twente Style’ is daar een voorbeeld van. Daarbij kan dineren zowel bij De Bloemenbeek als op bijzondere landgoedlocaties, zoals Singraven, de Beverborg en de Bekspring, in een prachtige setting verzorgd worden. VanRiswijk trekt er namelijk met de gehele witte brigade graag op uit naar bijzondere plekken: “We gaan op culinair gebied altijd uitdagingen aan. Dat geldt door de jaren heen ook voor onze talentvolle koks. Deelnemen aan wedstrijden, zich hier kunnen ontwikkelen. Er zijn hier in die dertig jaar ruim honderdtwintig jonge, talentvolle koks geweest die hier het ambacht, én meer, hebben geleerd. De Bloemenbeek is een kweekvijver, een instituut geworden. Daar ben ik ook trots op.”

Wellness & nature
Wellness & nature

Trends gezet

Strikker en Van Riswijk zijn ervan overtuigd dat De Bloemenbeek trends heeft gezet en een bijdrage levert aan het gastronomische en gastvrije imago van Twente. Raymond Strikker tot slot: “Wat we hier doen voor onze gasten is memorabele herinneringen creëren. In het begin, in de jaren zestig, schoven de gasten nog aan bij mijn ouders aan de eettafel en hielpen ze zelfs nadien in de keuken. Dat hoeft uiteraard niet meer, maar die warme gastvrijheid, het rijke landlevengevoel dat je écht thuis bent, dat blijft altijd. De Bloemenbeek blijft zichzelf!”

Wat vind je van dit artikel?