navigatie overslaan

Rondje Enschede - fietsen

Op de grens van bebouwing en buitengebied vind je het Rondje Enschede. Je slingert door een gevarieerd landschap en komt langs attractieve en verrassende pleisterplaatsen. Van theetuin tot kunstatelier en van speelbos tot bosbessenkwekerij. Het voert je langs de prachtige groene randen van de stad.

  • type Fietsen
  • afstand 57,1 km
  • duur 3:48

Startpunt

Startpunt: Hof Espelo, Weerseloseweg 259, Enschede. Volg de fietsbordjes Rondje Enschede.

Toegankelijkheid

De route voert over nieuw aangelegde en bestaande paden, gekoppeld aan mooie locaties en unieke, bijzondere verhalen per knooppunt.

Colofon

Onderdelen van deze route zijn mede tot stand gekomen met LEADER-subsidie. Meer info via: https://www.routenetwerkentwente.nl/twentse-fietsverhalen

  1. TIP Hof Espelo

  2. Fietsknooppunt TIP

  3. Koetshuis Hof Espelo

    Koetshuis Hof Espelo

    Het bezoekerscentrum is gevestigd in het voormalige koetshuis op landgoed Hof Espelo. Bij Koetshuis Hof Espelo kun je terecht voor informatie over het landschap, voor wandelroutes en een kop koffie. Kinderen vermaken zich in speelbos ’t Klauterwoud.

  4. Hof Espelo

    Hof Espelo

    Waar kun je nou beter wandelen, fietsen of nietsen dan op Hof Espelo? Cultuur en natuur gaan op dit Twentse landgoed hand in hand. Eeuwenoud loofbos wisselt zich af met akkers, weilanden en oude boerderijen. Links hoor je kwetterende vogels, rechts zie je de stille overblijfselen

    uit de Tweede Wereldoorlog. Oude lanen brengen je terug naar de sfeer die hier vroeger al heerste en speciaal voor jou bewaard lijkt te zijn. Mooi in contrast met die kaarsrechte lijnen, zie je hoe de Eschbeek zich speels doorhet landgoed slingert: ‘Hof Espelo, here I go!’

  5. Fietsknooppunt 23

  6. Fietsknooppunt 28

  7. De eerste voetbalwedstrijd

    De eerste voetbalwedstrijd

    Na een werkbezoek aan Engeland in het voorjaar van 1885 keert Jan Bernhard van Heek enthousiast terug naar Enschede. Hij heeft kennisgemaakt met een nieuw spel: voetbal. De fabrikantenzoon wil graag zijn vrienden inwijden in de geheimen van deze sport.

    Hij roept ze bij elkaar, neemt de uit Engeland meegebrachte leren bal mee en organiseert voor het eerst een voetbalwedstrijd op een grasveld bij villa Amelink. Bij een boer lenen de spelers zes bonenstaken om twee doelen te maken. Het veld wordt afgezet met takjes.

    “Het was de eerste keer een wild door elkaar loopen”, schrijft een ooggetuige later. Jan Bernhard is namelijk de enige die de spelregels kent. Dat zal de reden zijn dat zijn team de wedstrijd wint met 15-0. De voetbalpionier zelf scoort alle doelpunten. Toch smaakt het naar meer.

    De vrienden richten op 30 juni 1885 de Enschedesche Football Club op, met Jan Bernhard van Heek als voorzitter. Twee maand later komt er zelfs een tweede club: Prinses Wilhelmina. De clubs fuseren in 1888 tot PW, dat nog altijd bestaat.

    Met dank aan Stichting Edwina van Heek.

  8. Lonneker Molen

    Lonneker Molen

    De Lonneker Molen is in de jaren 1850-1851 door B.W. Blijdenstein laten bouwen als beltmolen. Het bewijs zie je in de windwijzer: zijn initialen en jaartal. De Lonneker Molen is een heel bijzondere molen. Het is in ons land de enige gemetselde molen waarvan de bakstenen romp voorzien is van riet.

  9. Fietsknooppunt 5

  10. Fietsknooppunt 86

  11. Fietsknooppunt 89

  12. Fietsknooppunt 9

  13. Fietsknooppunt 8

  14. Fietsknooppunt 11

  15. Fietsknooppunt 44

  16. Smalenbroek

    Smalenbroek

    Het landgoed Smalenbroek is kleinschalig van karakter. Open ruimten worden afgewisseld door bossen en houtwallen.

  17. Fietsknooppunt 43

  18. Het spookrad

    Het spookrad

    Het Duitse stadje Stadtlohn is in het midden van de 18e eeuw een populair bedevaartsoord. Veel katholieke inwoners van Twente trekken de grens over voor de processie langs het Mariabeeld in de Hilgenbergkapel.

    Hun aantal neemt sterk toe na het verhaal van een Oldenzaalse man, die op 15 augustus 1745 (Mariahemelvaart) in Stadtlohn op wonderbaarlijke wijze geneest van een zware botbreuk.

    De Twentse pelgrims lopen op weg naar Duitsland altijd over het land van boer Herman Brunink in de Enschedese buurtschap Broekheurne. Die is daar helemaal niet blij mee. Op een dag is Brunink het zo zat, dat hij zijn knecht met paard en wagen op de bedevaartgangers laat inrijden.

    Maar het paard slaat op hol en de wielen raken los van de wagen. Sindsdien ligt een wagenrad op de put bij de boerderij. Het verhaal gaat dat het elke avond uit zichzelf begint te draaien. Of heeft boer Brunink het spookverhaal verzonnen om vreemden van zijn erf te weren?

    Met dank aan Historische Sociëteit Enschede-Lonneker.

  19. Wesselerbrinkpark

    Wesselerbrinkpark

    Het park dateert uit de jaren '60-'70. Oorspronkelijk was het een agrarisch gebied rondom erve 'de Wesseler', vanaf de heuvel is er een prachtig uitzicht richting stad en het achterliggende typisch Twentse landschap. Kinderen vermaken zich op de kinderboerderij met naastgelegen pannenkoekenboerderij

  20. Groot Brunink

    Groot Brunink

    Groot Brunink is een fraai landgoed, waarin bossen, houtwallen, wei- en bouwlanden elkaar afwisselen.

  21. Het Rutbeek

    Het Rutbeek

    Het Rutbeek, een prachtig recreatiegebied net buiten Enschede. Heerlijk zwemmen in de recreatieplas of zonnebaden op de ligweides. Lekker ravotten in de speeltuin. Of heerlijk wandelen, fietsen, mountainbiken, surfen, kanoën, vissen, duiken, kabelwaterskiën, vliegeren, en barbecueën.

  22. Fietsknooppunt 40

  23. De eigenwijze scheids

    De eigenwijze scheids

    Siem Wellinga uit Boekelo is in de jaren zeventig een bekende voetbalscheidsrechter. Voor topduels in de eredivisie of zelfs in het buitenland draait hij zijn hand niet om. Wellinga is niet bepaald doorsnee en wordt gezien als eigenwijs.

    Soms zakt hij de avond voor een wedstrijd nog even lekker door, een andere keer vergeet hij een speler na een tweede gele kaart van het veld te sturen. Dat laatste levert hem de Knudde-trofee op, een spotprijs van enkele sportjournalisten.

    Op 7 oktober 1972 fluit Wellinga een bijzondere wedstrijd in zijn achtertuin. Op het veld aan de Helmerstraat speelt een Turks elftal tegen een team met studenten van de Enschedese Sociale Academie. Het doel van de ontmoeting is om de toenadering tussen Nederlanders en gastarbeiders te bevorderen.

    De opbrengst is voor de bouw van een moskee in Almelo. Voetbal is oorlog, zeggen ze vaak, maar deze zaterdagmiddag hoeft Wellinga geen gele kaart te trekken. Het is een feest van verbroedering.

    Met dank aan Nationaal Archief.

  24. Fietsknooppunt 35

  25. Habakuk uit Usselo

    Habakuk uit Usselo

    Herman Hendrik (Harry) ter Balkt is een kind van Usselo, geboren in 1938. Niemand weet op dat moment nog dat hij jaren later de P.C. Hooftprijs zal winnen. De jonge Harry is een natuurliefhebber en speelt graag in het Mastbos bij de Hof te Boekelo, waar zijn grootouders wonen.

    Hij klimt in bomen en speelt er met de dieren. Op een beuk krast de 8-jarige zijn naam. Een jaar later maakt Harry zijn eerste gedichtje. Het is geïnspireerd op de bossen en de natuur, net zoals zijn latere werk. Zijn debuutbundel in 1969 heet niet voor niets ‘Boerengedichten’.

    De dichter woont dan niet meer in Twente, maar staat voor de klas in Nijmegen. Als leraar houdt hij het maar eventjes vol. “Als je de kop vol poëzie hebt, lukt dat niet”, is zijn ervaring.

    Harry is in alles een dichter, die niet alleen onder zijn eigen naam publiceert maar ook de pseudoniemen Habakuk II de Balker en Foel Aos (‘dorpsgek’) gebruikt. Tot aan zijn dood in 2015 blijft hij trouw aan het thema van zijn jeugd: het Twentse landschap en vooral de rogge op de Usseler Es.

    Met dank aan Historische Kring Boekelo Usselo Twekkelo.

  26. Fietsknooppunt 36

  27. Stomend vrachtverkeer

    Stomend vrachtverkeer

    In 1885 werd de lijn Winterswijk-Boekelo- Enschede-Hengelo gevestigd. Door de opening van de spoorlijn vestigde zich veel industrie in Boekelo. Over het spoor werden vooral goederen vervoerd. Deze spoorlijn wordt nog steeds gebruikt. Tijdens een ritje waant u zich in het begin van de 20e eeuw.

  28. Fietsknooppunt 37

  29. De veldslag van Swartenhondt

    De veldslag van Swartenhondt

    Tijdens de Tachtigjarige Oorlog hebben de inwoners van Twente veel te lijden onder het Spaanse leger. Omdat de soldaten te weinig loon krijgen, slopen ze huizen en stelen ze voedsel. Als Maurits van Oranje hiervan hoort, bedenkt hij samen met zijn legeraanvoerder Joachim Swartenhondt een valkuil.

    Ze roepen een vals gerucht in het leven: in Boekelo zouden zo'n vijftig burgers het heft in handen hebben genomen en de Spaanse koning belachelijk maken. Als de Spaanse garnizoenscommandant Mendo dit hoort, rukt hij met 200 man sterk uit richting Boekelo.

    Eenmaal aangekomen, treft hij geen opstandige burgers aan, maar het Staatse leger met zo’n 400 soldaten. Het is een ongelijke strijd. Dertig Spanjaarden vinden de dood, de rest vlucht het bos in waar de vijand hen opwacht.

    Slechts veertig van de 200 Spaanse soldaten overleven de veldslag en worden gevangengenomen. De veldslag van Swartenhondt in 1591 is tot aan de Tweede Wereldoorlog de grootste militaire operatie op Twents grondgebied.

    Met dank aan Historische Kring Boekelo Usselo Twekkelo.

  30. Fietsknooppunt 38

  31. Jodelkoningin uit Boekelo

    Jodelkoningin uit Boekelo

    Olga Musters (1924-1994) lijkt op het eerste gezicht een gewoon meisje uit Boekelo, dochter van de chef-stoker bij de Koninklijke Zoutindustrie. Haar voornaam dankt ze aan het gelijknamige kachelmerk, waarover vader Musters zo tevreden is.

    Olga doet niets liever dan zingen en dat geldt ook voor haar tweelingbroers Jan en Inge. Na een succesvol optreden in de schoolrevue richten de broers een bandje op dat vooral cowboyliedjes speelt op feesten in Enschede en omgeving.

    Als de jodelende zanger de baard in de keel krijgt, moet er een vervanger komen. Olga wordt gevraagd en grijpt haar kans.

    Met haar jodelkwaliteiten breekt ze landelijk door onder de artiestennaam Olga Lowina. Ze is in de jaren vijftig en zestig bijna dagelijks op de radio te horen. Het succes beperkt zich niet tot Nederland alleen.

    Olga wordt in het Oostenrijkse Steinach, de bakermat van het jodelen, zelfs tot ereburger uitgeroepen. Op 64-jarige leeftijd treedt ze op in een uitverkocht Paradiso. In 1994 overlijdt de jodelkoningin uit Boekelo in Rotterdam.

    Met dank aan Historische Kring Boekelo Usselo Twekkelo.

  32. Erve Kwinkeler

    Erve Kwinkeler

    Voor de komst van de industrie bestond Boekelo uit enkele grote boerderijen en een havezate. Erve Kwinkeler is een fraai voorbeeld van een grote en voorname Twentse boerderij. Ziet u aan de voorkant het gevelteken? De geveltekens bevatten symbolen die de have en het goed van de boer beschermden.

  33. Boekelose Stoomblekerij

    Boekelose Stoomblekerij

    In 1888 werd voor de tweede en derde zoon van Gerrit Jan van Heek de N.V. Boekelosche Stoombleekerij te Boekelo opgericht, waar de katoen van Van Heek & Co werd gebleekt. Boekelo was hiertoe een geschikte locatie omdat er volop stromend water beschikbaar was en er een spoorweg doorheen liep.

  34. Fietsknooppunt 30

  35. Koude Oorlog in Twekkelo

    Koude Oorlog in Twekkelo

    Aan het begin van de jaren zestig is de wereld in de ban van een dreigende atoomoorlog tussen Amerika en de Sovjet-Unie. Ook de buurtschap Twekkelo krijgt hiermee te maken. De Nederlandse defensieleiding sluit een Russische aanval met atoombommen op vliegbasis Twenthe niet uit.

    Daarom wordt aan de Haimersweg, op veilige afstand van het vliegveld, een geheim militair complex gebouwd.

    Het bestaat uit een oorlogscommandocentrum, twee zendmasten, een opslagruimte voor geneeskundige middelen en een studio voor het maken van tv- en radiouitzendingen. ‘Zendersite’ Twekkelo ligt (net als een vergelijkbaar complex bij Beckum) ten zuidwesten van de vliegbasis en dat is geen toeval.

    Bij een atoomaanval is de kans op radioactieve neerslag hier kleiner, omdat de windrichting in Nederland over het algemeen zuidwestelijk is. Na de val van de Muur in 1989 heeft de zendersite zijn functie verloren en vertrekken de militairen uit Twekkelo.

    Met dank aan Historische Kring Boekelo Usselo Twekkelo.

  36. Fietsknooppunt 32

  37. Jeneverstoken in de klas

    Jeneverstoken in de klas

    Rondom Enschede vind je lange tijd een groot aantal markescholen. De gebouwtjes stellen niet veel voor. De boerenkinderen krijgen les onder een rieten dak, terwijl op een lemen vloer het turfvuur brandt.

    De school is alleen ’s winters open, want in de zomer moeten de kinderen helpen op de boerderij. Ook in Twekkelo staat sinds 1726 zo’n schooltje.

    De leiding over de leerlingen berust bij ‘de meister’, die naast het karige salaris van 50 gulden per jaar meedeelt in ‘het geslachte’, de boter en de eieren van de boeren. Het is geen vetpot.

    Veel ‘meisters’ verdienen wat bij door in de klas klompen te poetsen of kousen te stoppen, terwijl de kinderen hun lesjes opdreunen. ‘Meister’ Herman Geuverink van de Twekkelerschool pakt het in 1813 anders aan. Hij begint in het gebouwtje een illegale jeneverstokerij.

    Als de burgemeester van Lonneker daar lucht van krijgt, volgt meteen ontslag. Op aandrang van de boeren in Twekkelo keert Geuverink echter terug op de markeschool. Hij blijft ‘meister’ tot aan zijn pensionering, maar de stokerij moet hij opgeven.

    Met dank aan Historische Kring Boekelo Usselo Twekkelo.

  38. Retentiegebied Kristalbad

    Retentiegebied Kristalbad

    Het Kristalbad is een uniek gebied tussen Enschede en Hengelo. Het Kristalbad heeft drie verschillende functies: het is een waterbergings-, waterzuiverings- en recreatiegebied.

  39. Fietsknooppunt 53

  40. Strandbad De Zwaaikom

    Strandbad De Zwaaikom

    Strandplezier tussen Hengelo en Enschede? Zwemmen in het kanaal? In de jaren dertig is het heel normaal. De heer Strookappe en zijn schoonzoon Smink krijgen zelfs een vergunning om van de zwaaikom in het Twentekanaal een heus zwem- en strandbad te maken.

    Ze leggen een zandstrand aan en plaatsen badhokjes, een kassa en een snoephokje. Er komen ook steigers en een dubbele duikplank. Zwemmen kost 25 cent.

    De oorlogsjaren gaan niet ongemerkt voorbij aan het strandbad. Engelse piloten zien de bouwsels aan voor een Duitse kazerne en denken dat de watertoren een uitkijkpost is. De Zwaaikom loopt door de luchtaanval zware schade op.

    Vanaf 1946 kan het bad weer badgasten ontvangen, maar de toenemende verontreiniging van het kanaalwater maakt hieraan een abrupt eind. De gemeente Hengelo trekt in 1960 de vergunning in, reden voor exploitant Jan Smink een nieuw zwembad aan te leggen: het Kristalbad.

    Hengeloërs en Enschedeërs komen er graag zwemmen. Door nieuwe zwemmogelijkheden in de buurt lopen de bezoekersaantallen van het bad terug en blijft vanaf 1991 alleen nog een bescheiden zwemwater over voor de campinggasten Maar de naam De Zwaaikom is altijd blijven bestaan.

    Met dank aan familie Smink en Museum Hengelo.

  41. Fietsknooppunt 31

  42. Fietsknooppunt 24

  43. TIP Hof Espelo