Spannende geschiedenis
Fabrikeurs, slimme handelaren en rijkste inwoners van de regio
- Leestijd 3 min
- Gelezen 5723 keer
Het arme Borne groeit vanaf het eind van de 17e eeuw uit tot een belangrijk textielcentrum in Twente. De veelal doopsgezinde fabrikeurs spelen daar een grote rol in. Zij waren de schakel tussen de boerenwevers en de markt. Zij zorgden voor het garen van de wevers. De wevers betaalden niet voor dat garen, maar kregen stukloon voor de doeken die ze weefden. De fabrikeurs verkochten deze weefsels vervolgens aan winkeliers in de regio of aan handelaren in het westen. Gaandeweg bouwden zij hun imperium en werden de rijkste inwoners van Twente. Bussemaker en Spanjaard waren bekende Bornse fabrikeurs.
Industrieel erfgoed
De industriële revolutie in de 19e eeuw had grote gevolgen voor het landschap en de samenleving. Het zorgde voor een enorme stijging van de welvaart. In Twente liggen nog vele opvallende monumenten van dit industriële verleden. Bekijk hier het verhaal over Museum Bussemakerhuis.
De fabrikeur
In Borne waren al in de 17e eeuw fabrikeurs actief. Zij kochten garens in en zetten deze uit bij huiswevers, die ervoor een weefloon ontvingen. De fabrikeurs verkochten die weefsels aan afnemers in de steden. Sommige fabrikeurs ontwikkelden zich en bouwden fabrieken. In 1675 bereikte de textielnijverheid in Borne zijn hoogtepunt. De rijkdom van de Bornse fabrikeurs stond in groot contrast met de armoede van de boerenbevolking.
De firma Spanjaard, grootste werkgever in Borne
Beroemde Bornse fabrikeurs waren Bussemaker en Spanjaard. De firma Spanjaard werd opgericht rond 1828. In 1852 telde het bedrijf ruim 50 weefgetouwen met een paar honderd handwevers. De immense fabriek groeide aan het begin van de 20ste eeuw uit tot de grootste werkgever in Borne, met 1800 werknemers, 1500 weefgetouwen en 81.000 spinspillen in bedrijf.
Einde van het tijdperk
De Tweede Wereldoorlog betekende het begin van het einde van de Spanjaardfabriek. Het bedrijf kwam in handen van een niet-joodse directeur, de meerderheid van de aandelen naar een paar Duitsers die in het najaar van 1944 het bedrijf grotendeels leeggeroofd achterlieten. Na de oorlog was het wegens gebrek aan grondstoffen lastig om de productie van textiel weer op te pakken, maar tegen 1950 draaide de fabriek weer even als vanouds. Er was natuurlijk veel vraag naar (huishoudelijk) textiel, nadat dat jarenlang niet beschikbaar was geweest. Evenwel liep eind jaren vijftig de vraag naar textiel net zo hard terug als de economie en in 1961 werd de Spanjaardfabriek overgenomen door de Koninklijke Textielfabrieken Nijverdal-Ten Cate. De naam Spanjaard leeft echter voort in Borne, in de naamgeving van gebouwen, straten en beelden.